Kader voor risicobeheer
Lendahand werkt met directe investeringen en indirecte investeringen, welke als twee verschillende risicocategorieën beschouwd kunnen worden. Een directe investering zien wij als een investering waarbij de investeerders rechtstreeks kunnen investeren in een lokale ondernemer. Aan de andere kant bestempelen wij een investering als indirect wanneer de investeerders een lening verstrekken aan een lokale partner, bijvoorbeeld een microfinancieringsorganisatie (MFI). Met die lening kan de MFI vervolgens financiering aan lokale ondernemers bieden.
Het investeren via een lokale partner betekent een beperking van de risico’s. Lokale partners houden financiële reserves aan om wanbetalingen op leningen en wisselkoersschommelingen te dekken. Investeringen die rechtstreeks met een ondernemer worden afgehandeld brengen hun eigen verzameling risico’s met zich mee. Meer bepaald zijn eventuele wanbetalingen op leningen niet gedekt zoals dat bij een gevestigde lokale partner wel het geval is. Aangezien het risico verbonden aan dit soort investeringen groter is, geldt dat ook voor de hoogte van het rentepercentage.
Kredietbeoordeling
Voordat een kredietnemer op het platform wordt toegelaten zal Lendahand een uitgebreid ‘due dilligence’ (DD)-proces uitvoeren. Er zal informatie worden gevraagd aan de potentiële kredietnemer, zoals financiële gegevens, de bestuursstructuur, het doel en de impact van de op te halen middelen, de kredietgeschiedenis van de potentiële kredietnemer, enzovoort, gevolgd door interviews met het management. De kredietnemer zal ook een uitgebreide externe ‘Know Your Customer’ (KYC)-procedure moeten doorlopen, evenals tests voor ‘Anti-Money Laundering’ (AML) en sanctielijsten, een ‘Politically Exposed Persons’ (PEP)-controle en een check voor negatieve media-aandacht. Dit hele proces dient als een vorm van garantie dat de potentiële kredietnemer niet voldoet aan een van de criteria beschreven in de uitsluitingslijst zoals opgesteld door Lendahand, dat hij KYC-goedgekeurd is door een externe partij, en dat hij past binnen het portfolio vanuit land- en sectorperspectief, alsook met het oog op de impact. Een lokaal DD-bezoek is geen vereiste alvorens een kredietfaciliteit aanvaard kan worden, maar kan er wel een onderdeel van zijn.
Belangrijkste voorwaarden
Iedere kredietfaciliteit (een contractuele overeenkomst met een kredietnemer betreffende de omvang van de financiering) zal unieke voorwaarden hebben die onder meer afhankelijk zijn van de tijdens het DD-proces vastgestelde risico’s en de structuur en achterstelling van de faciliteit.
Besluitvorming
Het interne Impactcomité zal beoordelen of nieuwe kredietnemers voldoen aan de impactcriteria van Lendahand. Deze goedkeuring zal een voorwaarde zijn voor het investeringsteam om de nieuwe partner voor te leggen aan het externe Kredietcomité. Voordat een kredietnemer op de website wordt aanvaard zal het externe Kredietcomité de voorgestelde kredietfaciliteit beoordelen. De Raad van Bestuur zal vervolgens een laatste beoordeling uitvoeren voordat de kredietfaciliteit wordt toegekend. Eenmaal op het platform zullen er driemaandelijkse rapportage en monitoring plaatsvinden m.b.t. de kredietnemers om updates over de prestaties te ontvangen en op te treden waar nodig.
Kredietscores
Lendahand maakt bij haar kredietbeoordeling gebruik van een – deels geautomatiseerd – kredietscoringsmodel. Het kredietscoringsmodel bestaat uit 5 categorieën:
1. Beheer
2. Kenmerken van de kredietnemer
3. Financiële prestaties
4. Financieringscapaciteit en trackrecord
5. Macrofactoren
In het kredietscoringsmodel bestaat elk van deze categorieën uit 4 tot 7 vragen die ieder een score van 1 tot 5 opleveren. Op basis van de wegingen van de individuele (sub)scores wordt zo uiteindelijk een totaalscore verkregen. Deze totaalscore leidt tot een risicocategorisatie van het crowdfundingsaanbod en wordt tevens gebruikt om het totale rentepercentage van het aanbod te bepalen. De score is dynamisch in die zin dat het kan veranderen door de regelmatige rapportage en monitoring en op basis daarvan zal worden aangepast.
De vragen die betrekking hebben op het scoringsmodel bestaan uit het volgende (niet-uitputtende lijst):
- Het inkomstenmodel van de kredietnemer;
- De sector waarin de kredietnemer actief is en hoe concurrerend de kredietnemer is in deze sector;
- De macro-economische omgeving waarin de kredietnemer actief is;
- Valutarisico;
- De expertise van het managementteam;
- Hoe de onderneming van de kredietnemer is georganiseerd (governance);
- De staat van interne en externe controles binnen de onderneming;
- Of het al dan niet een gereguleerde onderneming betreft;
- Solvabiliteit, liquiditeit en winstgevendheid, zowel in het verleden als in de prognoses;
- In hoeverre de kredietnemer in het verleden in staat is geweest bijkomend kapitaal te verwerven;
- Wat de senioriteit van de lening is in vergelijking met andere kredietverstrekkers en of er onderpanden worden gegeven.
Alle bovengenoemde onderwerpen worden vastgesteld tijdens het introductieproces en zijn onderdeel van het kredietbeleid van Lendahand. De output van de kredietbeoordeling is goed gedocumenteerd.
Prijsstelling
Lendahand stelt de prijs (rentepercentage) van een crowdfundingsaanbod vast aan de hand van het risicokader, het kredietscoringsmodel en de marktfactoren. De rente die uiteindelijk op een project wordt toegepast omvat de rente voor investeerders (de ‘crowd’) en een beheervergoeding voor Lendahand.
Aangezien directe investeringen gepaard gaan met een verhoogd investeringsrisico, valt ook het rentepercentage hoger uit voor dit type investeringen. Lendahand zal op de betreffende projectpagina vermelden of de lening al dan niet gedekt is door een verstrekt onderpand of afgesloten garantieovereenkomsten.
Wanneer een crowdfundingsaanbod wordt geaccepteerd zal er een zogenaamde ‘Overeenkomst voor toegang tot de website’ worden opgesteld tussen de kredietnemer en Lendahand. In deze overeenkomst worden de administratie en monitoring van de kredietfaciliteit benoemd, net als de betaling en aflossing van de hoofdsom en de rente, en ook bijvoorbeeld mogelijke vergoedingen in geval van wanbetaling of herstructurering, of vervroegde aflossing van de faciliteit.